Leerhuis van de kerkvaders

Doorwerking van de patristiek (I)

Verderzetting tijdens de Westerse middeleeuwen

Module I, jaar 2, lesdag 8

De grote standaardwerken (de 19de eeuwse 'Patrologia Latina’ van J.-P. Migne, of de hedendaagse reeks 'Corpus Christianorum’) laten zien dat er in de middeleeuwse Latijnse kerk een 'continuatio’ (doorwerking) was van de Kerkvaders. Meer nog, voor vele middeleeuwse theologen is het eenvoudigweg cruciaal de “leer van de Vaders” door te denken. Maar sommige geleerde theologen zijn geneigd een andere theologische methode te zoeken, die eerder op de rede dan op de ervaring bouwt. Van dit complexe verhaal zullen enkele voorbeelden en hoofdmomenten belicht worden.

Guigo de Karthuizer, Brief over het beschouwende leven

Toen ik op zekere dag met handwerk bezig was en dacht aan de oefenschool waar een geestelijk mens in leeft, kwam het in mij op dat er vier trappen zijn: de lezing (lectio), de overweging (meditatio), het biddend gesprek met God (oratio) en de beschouwing (contemplatio). Zij vormen de ladder van het klooster, die wordt opgesteld van de aarde naar de hemel. Hij telt maar weinig sporten, maar heeft toch een lengte die niet te geloven en net zo min na te meten valt. Geplaatst op de aarde, steekt hij – eenmaal hoger gekomen – dwars door de wolken heen en speurt tot in het geheimste der hemelen.

Bernardus van Clairvaux, Homilie over het Hooglied

Elke ziel, zelfs met zonden beladen, aan de zonde gekluisterd, verstikt door de verleidingen, gevangen in de ballingschap, opgesloten in een lichaam, aan het slijk gebonden, weggezonken in de modder, de gevangene van haar ledematen, verteerd door zorgen, verstrooid door vele zaken, teruggeplooid op haar angsten, gekweld door pijnen, verloren gelopen in de dwaling, beangstigd door kommer, ongerust en wantrouwig, en bovendien vreemd in een vijandelijk land en die, volgens de profeet, reeds vergaat in het gezelschap van de doden en zich weggestuurd ziet met wie in de hel zijn.. Elke ziel, zeg ik, zelfs verdoemd en ten prooi aan wanhoop, elke ziel kan in zichzelf ademruimte vinden in de hoop op vergeving en barmhartigheid, maar ook een grond voor haar verzuchting naar de bruiloft van het Woord, een grond om geen vrees te hebben een gemeenschapspact met God af te sluiten, en om met de Koning van de engelen het zachte juk van de liefde te dragen.

« Terug naar het programma van Module I, jaar 2